Motmug-Latrinevlieg-Aalputmotje

Motmuggen (Psychodidae) zijn een familie van kleine insecten die behoren tot orde tweevleugeligen en de onderorde muggen (Nematocera). De vleugels zijn vaak voorzien van schubben en worden in rust gespreid gehouden. De muggen lijken hierdoor enigszins op kleine vlinders waaraan de naam te danken is. Ze worden ook wel aalputmotje genoemd.

Er zijn enkele bekendere soorten die zich wereldwijd hebben verspreid en leven in door de mens aangelegde infrastructuur, zoals riolen, toiletten, badkamers en andere bronnen van natte organische stoffen. De meest voorkomende soorten zijn Tinearia alternata en Clogmia albipunctata. Deze twee soorten hebben een bijna wereldwijde verspreiding.

Volwassen motmuggen zijn donker, het silhouet is driehoekig van vorm door de grote vleugels. Het lichaam van de plaagsoorten wordt ongeveer drie tot vijf millimeter groot. Motmuggen zijn te herkennen aan de behaarde vleugels. Deze vleugels, groter dan hun lichaam, zijn in rust in hartvorm over het lichaam gevouwen, met de kop naar onder.  Het zijn geen goede vliegers, daarom kruipen ze veel rond of maken korte springerige vluchtjes.

De eieren zijn minuscuul klein, bruin of crèmekleurig. Ze worden gelegd in hoopjes van 10 tot 200 stuks. De larven zijn pootloos en worm-achtig. Ze zijn witgrijs en de uiteinden zijn verhard en iets donkerder. Ze hebben een afmeting van ongeveer 9 mm. Na de verpopping, die 20 tot 40 uur duurt, komt de volwassen motmug tevoorschijn.

Om motmuggen te bestrijden dient de voedselbron van de larven te worden opgespoord en verwijderd.